Knieprothese

Er zijn grofweg twee verschillende knieprotheses, een hele knieprothese of een zogenoemde halve knieprothese. De naam zegt het al, bij een hele knieprothese wordt de hele knie vervangen, bij een halve knie wordt (meestal) alleen de binnenzijde van de knie vervangen.

Hele knie prothese

Halve knie prothese

Klachten

Er gaan meestal veel en langdurig knieklachten vooraf aan een knieprothese. Deze klachten worden veroorzaakt door artrose (slijtage). Meestal zien we de knieklachten ontstaan op oudere leeftijd. Dit zijn voornamelijk pijnklachten en klachten bij het gaan bewegen, zoals uit bed komen. De knie kan verdikt zijn en eventueel van stand veranderen. Dit omdat het kraakbeen dunner wordt en de knie als het ware inzakt.

Wanneer komt iemand in aanmerking voor een knieprothese?

Deze vraag wordt vaak gesteld. Er is echter geen eenduidig antwoord op te geven. Complicerend is het gegeven dat patiënt, fysiotherapeut en orthopedisch chirurg hier een verschillende mening over kunnen hebben. Voorheen werd vaak alleen naar leeftijd gekeken en naar een röntgenfoto inzake de kwaliteit van het kraakbeen. Doordat de behandeling van artrose steeds betere mogelijkheden kent, worden vaak eerst deze behandelmethodes toegepast. Als ondanks alle andere behandelingen patiënten toch forse pijnklachten houden, wordt een knieprothese overwogen.

Mensen gaan verschillend om met forse pijn. Vandaar dat vaak gekeken wordt naar nachtelijke pijn en het functioneren van de desbetreffende persoon met de pijn. Als de pijn veel beperkingen geeft in werk, sport of dagelijks functioneren, kan bekeken worden of een knieprothese aan te raden is of aanpassingen in het dagelijks functioneren uitkomst bieden. Hieraan wordt vaak de eis gesteld dat iemand 1 km moet kunnen wandelen. Maar, voor een verpleegkundige is 1 km wandelen veel te weinig om haar werk te kunnen uitvoeren.

Hoe lang gaat een knieprothese mee?

De knieprotheses die momenteel in gebruik zijn, zijn ongeveer 25 jaar oud. Effecten op de lange termijn zijn dus nog niet bekend. Cijfers wijzen uit dat 95% van de knieprotheses nog goed functioneert na 10 jaar. Dit geldt voor 90% na 15 jaar en voor 80-85% na 20 jaar. De knieprothese is een kunstmatig gewricht en gemaakt voor dagelijkse activiteiten. Overbelasting verkort de levensduur van de prothese. Overbelasting kan ontstaan door zware sport- of werkactiviteiten of fors overgewicht. Vandaar dat leefstijl een belangrijke pijler is.

Operatie

Voorafgaand aan de operatie wordt bekeken welke knieprothese in aanmerking komt. Een halve of een hele en eventueel ook een knieschijfprothese. Een knieprothese bestaat uit 3 onderdelen:

  • Het deel wat tegen het femur (bovenbeen) aan komt.
  • Het deel wat in het tibia (scheenbeen) komt.
  • Een kunststof plaat tussen deze delen om de wrijving te verminderen.

Daarnaast kan eventueel een vierde ‘bouwsteen’ worden gebruikt:

  • Een knieschijfprothese, deze komt aan de achterzijde van de patella (knieschijf).

Tijdens de operatie worden beschadigde gedeelten verwijderd en vervangen door onderdelen van de knieprothese. Over het algemeen wordt deze operatie uitgevoerd via een grote snede aan de voorzijde van het kniegewricht. Gespecialiseerde orthopeden zijn gelukkig steeds beter in staat om de wond veel kleiner te houden. Dat is gunstiger voor het herstel

Na de operatie

Over het algemeen blijft de patiënt drie tot vijf dagen in het ziekenhuis. Zodra de narcose is uitgewerkt en de patiënt volledig wakker is, dan begint de revalidatie. Al op de dag van de operatie wordt door de kamer gelopen onder begeleiding van een fysiotherapeut.

De knieprothese kan direct volledig belast worden. Vanwege pijn en angst en om goed te lopen, wordt meestal de eerste periode gebruik gemaakt van twee elleboogkrukken. Het is belangrijk om vanaf de eerste dag een juist looppatroon aan te leren. Na vijf tot zeven dagen wordt door de fysiotherapeut bekeken of het mogelijk is de elleboogkrukken minder te gebruiken en meer belasting op de knie te zetten.

Knie prothese met de drie delen en een patella prothese

Revalidatie

Het belangrijkste in de eerste fase van de revalidatie, is strekking van de knie. Deze moet volledig zijn om goed te kunnen functioneren. Daarnaast is het aan te bevelen zo snel mogelijk gebruik te maken van de hometrainer. Daarop kan de knie zonder weerstand worden bewogen. Dit is echter pas mogelijk als de knie 90 tot 100 graden kan buigen.

De eerste weken na de operatie is de mate van zwelling een belangrijke indicator. Als extra zwelling optreedt, dient het belastingniveau naar beneden toe bijgesteld te worden. De totale revalidatie duurt zes tot twaalf maanden en is afhankelijke van leefstijl, fitheid en doelstelling van de patiënt.

Beperkingen met een knieprothese

Zoals eerder beschreven is een knieprothese  een kunstknie. Deze kan minder goed tegen grote belastingen en slijt door de jaren heen. De knieprothese is ontworpen en gemaakt voor dagelijkse activiteiten. Licht intensieve sporten, waarbij de impact op de knieën niet zo groot is, zijn gewoon toegestaan. Denk hierbij aan wandelen, fietsen en golfen. Maar ook recreatief tennis, skiën en schaatsen geven doorgaans geen problemen. Zwaar belastende oefeningen zoals hardlopen, zaalsporten en contactsporten worden afgeraden. Dat wil niet zeggen dat het niet kan, maar de knieprothese slijt hierdoor over het algemeen sneller.

De mate van beperkingen is mede afhankelijk van de eigen fitheid en mobiliteit van voor de operatie. Knielen, hurken en op de knieën zitten is bijna altijd onmogelijk of vele malen moeilijker. Daarnaast geeft de grote wond vaak gevoelsveranderingen van de huid rondom het kniegewricht. Dit is niet ernstig en kan ook geen kwaad.