Klachten van de knieschijf, ook wel het patellofemoraal pijnsyndroom genoemd, komen veelvuldig voor. Voornamelijk bij jongeren maar ook op oudere leeftijd worden ze gezien.

Vaak zijn het langdurig klachten die, ondanks een behandeling, aanhouden of een zeurende pijn geven rondom de knie. Het is niet altijd mogelijk om de exacte pijnlocatie aan te wijzen.

Veelal zeggen artsen, fysiotherapeuten, sportmasseurs, fitness instructeurs dat je knieschijf “niet spoort”. Maar een oplossing om hem weer goed te laten sporen blijft meestal achterwege.

Niet sporen van de knieschijf

De knieschijf ligt als het ware over het kniegewricht heen. Bij het buigen en strekken voel je dat de knieschijf naar boven en beneden beweegt.

Afbeelding1

Zoals op afbeelding 1 te zien is, beweegt de knieschijf over de bolle kant van het bovenbeen. De knieschijf ligt hierbij precies tussen de twee bollen die samen een groeve (gleuf) vormen. Bovendien ligt de knieschijf los. De enige sturing die de knieschijf krijgt, is van de spieren die aan de knieschijf vast zitten en door de vorm van het bovenbeen. Bij het NIET sporen van de knieschijf wordt bedoeld dat de knieschijf niet goed door deze groeve loopt. De knieschijf kan dan niet goed naar boven of beneden glijden of neigt zijwaarts te verplaatsen in de groeve.

Hoe ontstaat dit?

Oke, de knieschijf spoort niet goed, maar wat is de oorzaak? Zonder de oorzaak te kennen, kun je niet  goed behandelen. Wanneer de oorzaak aangepakt wordt, verdwijnen de klachten en komen nadien ook niet meer terug.

Het kniegewricht is een scharniergewricht dat tussen de enkel en de heup zit. Door deze positie volgt de knie de beweging van deze twee gewrichten. Het is van belang dat de knie in een rechte lijn tussen de heup en de voet beweegt.

De stand, beweeglijkheid en stabiliteit van deze gewrichten zijn dus van invloed op de positie en beweeglijkheid van de knie.

Stand van de benen

Wanneer de heup of de voet naar binnen gedraaid staat, volgt de knie deze stand. Dat kan er voor zorgen dat de knieschijf niet goed spoort. Dit wordt ook wel de zogenoemde X-knie genoemd. Hierbij maakt het bovenbeen een ‘knik’ ten opzichte van het onderbeen. Doordat bovenbeen en onderbeen niet recht op elkaar staan, krijgt de positie van de knieschijf vaak ook een kanteling (afbeelding 2). Deze kanteling kan klachten geven rondom de knieschijf.

Beweeglijkheid

De beweeglijkheid van de knie en de knieschijf is belangrijk. Als de knieschijf normaal door de groeve glijdt, wordt de druk verplaatst gedurende het bewegen. Door een verkeerd beweegpatroon kan de knieschijf beweeglijkheid verliezen. Hierdoor glijdt de knieschijf niet goed in de groeve en geeft deze voornamelijk druk op één punt.

De beweeglijkheid van onderrug, bekken, heupen, enkels en voeten spelen een belangrijke rol. De knie volgt namelijk de beweging van deze gewrichten. Wanneer ergens in deze gewrichten beperkingen zitten, zal de knie een grotere belasting te verwerken krijgen. Wat kan resulteren in klachten rondom de knieschijf.

Afbeelding 2

Stabiliteit en coördinatie

De samenwerking en coördinatie tussen alle gewrichten is dus enorm belangrijk. De heup heeft hierbij als functie om de juiste sturing aan de knie te geven. De stabiliteit en coördinatie van de heup bepaalt voor een groot gedeelte de beweging van de knie. De spieren rondom de heup, voornamelijk de bilspieren, zorgen voor deze stabiliteit. De bilspieren zorgen ervoor dat de heup naar buiten draait, waardoor een X-knie voorkomen wordt (Afbeelding 3). De bilspieren hebben wel weer een goede samenwerking met de rug- en buikspieren nodig om optimaal te kunnen werken.

Enkelinstabiliteit kan eveneens een oorzaak zijn voor het ontstaan van een X-knie. Het verlies van stabiliteit in de enkel kan ervoor zorgen dat de enkel naar binnen zakt. Door het naar binnen zakken van de enkel kan de knie ook naar binnen zakken.

                                             

afbeelding 3

Bovenbeenspierkracht

Ook  de spieren van het bovenbeen beïnvloeden de positie van de knieschijf. In de meeste gevallen, bij klachten rondom de knieschijf, trekken de spieren van het bovenbeen de knieschijf naar buiten. Het juist trainen van de bovenbeenspieren is hierom van belang. Maar vaak is het trainen van alleen de bovenbeenspieren niet voldoende. Zoals eerder beschreven, zijn er veel meer gewrichten en spieren betrokken bij het goed laten bewegen van de knie.

Trainen

Trainen van stabiliteit kent vaak verschillende onderdelen. Zo moeten een aantal spieren sterker worden, terwijl andere spieren juist minder moeten aanspannen. Daarnaast moeten de spieren nog juist kunnen samenwerken voor het geven van optimale stabiliteit en coördinatie. Dus training van de benen kan bestaan uit: spierversterkende oefeningen, rekoefeningen en coördinatie-oefeningen.

Samengevat:

Klachten van de knieschijf ontstaan vaak door problemen van de heup, enkel of rug. Het naar binnen zakken van de knie speelt hierbij een grote rol.

De oorzaak van klachten van de knieschijf heeft dus meerdere invalshoeken.

  • Algemene houding.
  • Stand van de benen in rust.
  • Stand van de benen tijdens bewegen.
  • Beperkte of vergrote mobiliteit van gewrichten (lage rug, bekken, heupen, knieën, enkels, voeten.
  • Verminderde stabiliteit.
  • Verminderde spierkracht.
  • Verminderde spiersamenwerking (coördinatie).

Na het onderzoeken wat de oorzaak is, moet bekeken worden hoe deze oorzaken opgelost kunnen worden. Fysiotherapie, steunzolen, rust of ander advies.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *